De argumenten tegen de uitbreiding van de euthanasiewet komen altijd neer op emotionele chantage, schrijft Jean-Jacques De Gucht.
“Maak je niet kwaad, want dan luisteren mensen niet naar je argumentatie.” Wel, ik hoop dat u wel wilt luisteren. Even terugspoelen. Barbara Ceuleers gaf onlangs een beklemmend interview waarin ze beschrijft dat haar vader, Jan Ceuleers, de beslissing tot euthanasie te vroeg heeft moeten nemen door de tekortkomingen van de huidige wetgeving (DS 27 februari). Mijn partij diende prompt een voorstel in dat al enige jaren stof ligt te vergaren, omdat er onder druk van CD&V een zwijgakkoord is over ethische thema’s – een pure schande. Vervolgens maakte CD&V-voorzitter Sammy Mahdi ogenschijnlijk een bocht en wakkerde het debat over de uitbreiding opnieuw aan. Eventjes was er hoop dat Mahdi eindelijk het licht had gezien. Helaas, algauw bleek dat de communicatie van CD&V een afleidingsmanoeuvre was, en werden voorstanders van een uitbreiding op de wetgeving weggezet als kille egoïsten. Beware of tjeven bearing gifts.
ModeverschijnselDe argumentatie tegen (een uitbreiding van) de euthanasiewetgeving is keer op keer emotionele chantage. De bijdrage van Jessie Dezutter (DS 1 maart) past perfect in dat rijtje van zogezegd goedbedoelde en diepgaande bijdrages. Voorstanders van de uitbreiding worden afgeserveerd als hardvochtige aanhangers van een neokapitalisme dat alle “nuttelozen” uit de weg wil ruimen. De roep om een uitbreiding, die alsmaar luider weerklinkt in de samenleving, wordt beschouwd als een modeverschijnsel. Er wordt geïnsinueerd dat men naar euthanasie kijkt zoals naar de jongste Tiktok-sensatie.
Alsof dat nog niet schandalig genoeg is, wordt de doordachte beslissing van een lucide mens volkomen aan de kant geschoven. Je zult maar alles gewikt en gewogen hebben om te willen overgaan tot euthanasie bij een ongeneeslijke ziekte of in het geval van een verworven wilsonbekwaamheid. Vervolgens word je geconfronteerd met iemand als Dezutter die jou en je omgeving probeert diets te maken dat je keuze uit lafheid gemotiveerd is. Daarna komt Mahdi die euthanasie reduceren tot een oppervlakkige kwestie van zorglast. Wie dus de laatste wens van een mens respecteert, wordt bestempeld als oppervlakkig en immoreel. Een joekel van een schuldgevoel, niet het minst voor iedere arts die ooit euthanasie heeft uitgevoerd.
Dat hele discours krijgt nog een dun laagje vernis van barmhartigheid, waarbij gesuggereerd wordt dat je leven pas zin krijgt in je relaties met anderen. Trek die logica door en het wordt niet meer dan normaal dat je beste vrienden, je familie, je collega’s, je buren en je stamcafé ook inspraak krijgen over jouw levenseinde. Wie toch opteert voor euthanasie, kan alleen maar een narcist zijn of een duts die zwicht voor de oppervlakkige prestatiedruk van de samenleving. Qua gaslighting kan dit tellen. Je hebt geen doctoraat in de moraalfilosofie nodig om te beseffen dat het ronduit obsceen en hypocriet is iemands laatste wens te negeren onder het mom van mededogen.
Valse tegenstellingenWie nu nog niet murw is geslagen door dat neoconservatieve discours van angst voor de dood, krijgt als klap op de vuurpijl de valse tegenstelling tussen euthanasie en palliatieve zorgen te verhapstukken. Voor de zoveelste keer: een keuze voor euthanasie is geen keuze tegen palliatieve zorgen. Telkens weer komt men aanzetten met dezelfde valse tegenstellingen, met als enige doel al wie pleit voor meer vrijheid te veroordelen sals hardvochtige onmensen.
Waarom sommigen het lijden verheerlijken en verworven wilsonbekwaamheid zoals dementie voorstellen als een “mooie fase in het leven”, is mij een raadsel. Maar in tegenstelling tot de tegenstanders van euthanasie, heb ik er nog nooit voor gepleit dat iedereen op dezelfde manier moet omgaan met het levenseinde. Op een bepaald moment haalt de tijd je in en is zelfs voor de sterksten onder ons de dood onvermijdelijk. Laat iedereen daarom zelf kiezen hoe hij daarmee omgaat.